Eenmansshow bij Real duurt al 272 minuten na drieklapper tegen Athletic
Op de ranglijst van LaLiga staat Real Madrid eigenlijk in een niemandsland, met een forse voorsprong op nummer vier Getafe en een redelijke achterstand op nummer twee Atlético Madrid. Ten opzichte van het teleurstellende duel met Leganés (1-1) van afgelopen maandag had trainer Zinédine Zidane wat gesleuteld aan zijn basiself: Jesús Vallejo speelde in plaats van Nacho, Toni Kroos verving Federico Valverde en Lucas Vazquez nam de plaats over van Isco.
In een weinig spectaculaire eerste helft waren de hoogtepunten spaarzaam. Namens de thuisploeg was Marco Asensio met een schot gevaarlijk, terwijl Raúl García Real Madrid-doelman Keylor Navas met een kopbal tot een redding dwong. De eerste mogelijkheid na rust was voor Iñaki Williams, waarna de thuisploeg razendsnel op voorsprong kwam. Toni Kroos bediende Asensio aan de zijkant, waarna de aanvaller de bal voor het doel bracht. Daar stond Benzema klaar om zijn negentiende competitietreffer van het seizoen binnen te koppen.
Real Madrid verzuimde in eerste instantie door te drukken, waardoor Athletic Club zicht hield op de gelijkmaker. Vallejo voorkwam met een goede ingreep dat Williams op aangeven van García een grote kans op de 1-1 kreeg. Een kwartier voor tijd maakte Benzema aan alle onzekerheid een einde. De Franse spits maakte vanuit een hoekschop van Luka Modric zijn elfde kopdoelpunt van het seizoen, een aantal waarmee hij alle spelers uit de vijf Europese topcompetities achter zich laat. In blessuretijd bepaalde Benzema de eindstand nog op 3-0.