De arbitrage vervulde dinsdagavond een negatieve hoofdrol in de return van de kwartfinale in de Champions League tussen Real Madrid en Bayern München (4-1 na verlenging). Scheidsrechter Viktor Kassai haalde zich met enkele discutabele beslissingen de woede van met name het Duitse kamp op de hals, maar volgens Mike van der Roest, projectleider Videoarbitrage bij de KNVB, brak vooral de afwezigheid van technologische hulpmiddelen de Hongaar uiteindelijk op.
De Hongaarse arbitrage keurde twee doelpunten van Cristiano Ronaldo goed die hij maakte in buitenspelpositie. "Ik heb de momenten teruggekeken en dat is best even slikken. Ik schrik niet omdat de arbitrage zo slecht was, want deze buitenspelsituaties zijn echt niet waar te nemen. Daar zijn camera's en software voor nodig", meent Van der Roest in gesprek met de NOS. "Discussie hoort bij voetbal en dat halen we niet weg: wel of geen rood? Maar in feitelijke gevallen zoals 'wel of geen goal' kan de videoscheids uitsluitsel geven."
De KNVB experimenteerde dit seizoen in het KNVB-bekertoernooi al met de videoscheidsrechter, maar leidsman Kassai moest het in het Santiago Bernabéu stellen zonder dergelijke hulpmiddelen. "De FIFA heeft met alle voetbalbonden een traject afgesproken. Dat betekent tot en met 2018 testen. Tot die tijd zal er niets veranderen", legt Van der Roest uit.
"Er wordt veel getest. Wij gaan volgend seizoen meer bekerwedstrijden doen. En vanaf seizoen 2018-2019 alle eredivisiewedstrijden. Op internationaal niveau bij het jeugdwereldkampioenschap en op de Confederations Cup", vervolgt hij. "Daarna wordt er geëvalueerd en is het aan de FIFA en aan de spelregelcommissie IFAB. We zitten nu dus in een testperiode."