Angelo Cijntje speelde maar liefst elf jaar in het shirt van SC Veendam, totdat de club ophield te bestaan. De verdediger kijkt met plezier terug op zijn periode bij de club, waar het faillissement al jaren om de hoek loerde. "Maar ik had niet verwacht dat er zoveel lijken uit de kast zouden komen", zegt Cijntje in gesprek met Voetbalzone.
"De club zit in mijn hart, maar ik ben een passant. Trainers en spelers zijn passanten. Uiteindelijk heeft de plaats Veendam iets groots verloren. Mensen die al vijftig jaar van de club houden, de club is hen ontnomen. Dat is veel erger dan dat ik geen baan meer had", stelt Cijntje, die daarna als profvoetballer nog voor FC Groningen speelde. "De dag nadat het bekend werd, was het UWV al op de club. Dat wordt dan in gang gezet en dat is prima geregeld."
Cijntje merkt dat hij nog altijd als cultheld wordt gezien in Veendam. "Als mensen me aanspreken, moet ik elke keer aanhoren dat ze me erg missen. Ik die steeds langs de lijn sjeesde", zegt de verdediger, die mooie herinneringen heeft aan zijn tijd bij SC Veendam. "De Ajax-wedstrijden en de Feyenoord-wedstrijden in het bekertoernooi. En de wedstrijden waarin je zelf scoort natuurlijk. En het hele gebeuren dat je in die tijd op handen werd gedragen."
Het volledige interview met Angelo Cijntje, waarin hij vertelt over zijn beste tegenstanders en medespelers, zijn eigen sportschool en zijn late debuut in de Eredivisie, verschijnt woensdag op onze site.