Na twee jaar bij PSV vertrok Ronaldo Luis Nazário de Lima in 1996 naar Barcelona, dat 34 miljoen gulden (circa vijftien miljoen euro) voor hem neertelde. De Eindhovenaren waren op dat moment echter niet van plan om mee te werken aan een vertrek van de spits en Joan Gaspart moest destijds naar Brazilië vliegen voor zijn handtekening.
"Ik moest mezelf vermommen om de handtekening van Ronaldo te kunnen krijgen. Het duurde in eerste instantie niet lang voordat we er met PSV wisten uit te komen. Die overeenkomst had alleen een klein probleem, want we moesten voor 15 juli ook tot een akkoord komen met de speler. PSV bedacht zich in de tussentijd en belde de Braziliaanse voetbalbond met de vraag of zij wilden voorkomen dat Ronaldo bij Barcelona zou tekenen", zegt Gaspart in gesprek met Goal.
Om die reden vloog Gaspart naar Brazilië, om de handtekening van Ronaldo te gaan halen. "Er stonden twee beveiligers voor de deur en zij lieten me er niet door om met Ronaldo of andere spelers te praten. In het hotel kwam ik een Spaanse ober tegen en hij leende mij zijn werkkleren. Ik vermomde me en zei tegen de beveiligers dat een van de gasten een drankje had besteld. Deze keer lieten ze me er wel langs."
"Ik klopte op de deur van Ronaldo en hij deed zelf open. Hij heeft het contract bij Barcelona daar ondertekend, op bed", besluit Gaspart de anekdote. De Braziliaan verliet Barcelona na één seizoen voor een dienstverband bij Internazionale. Daarna speelde Ronaldo nog voor Real Madrid, AC Milan en Corinthians, alvorens hij in 2011 een punt achter zijn actieve loopbaan zette.