Juventus staat nog steviger op de eerste plaats in de Serie A. De club uit Turijn boekte zaterdag een 2-1 overwinning op subtopper Sampdoria en heeft nu weer twaalf punten meer dan Napoli. De runner-up komt in de avond echter nog in actie tegen Bologna. Cristiano Ronaldo was met twee doelpunten de grote man bij Juventus.

De Portugees had slechts 109 seconden nodig om de score te openen. Hij ontving de bal van Paulo Dybala, kapte naar binnen en zijn schot bleek te machtig voor doelman Emil Audero, die er nog wel met een hand aanzat. Sampdoria was later dicht bij de gelijkmaker toen Alex Sandro de bal na een hoekschop van Gianluca Caprari van de lijn haalde, maar op advies van de videodscheidsrechter legde de arbiter de bal vervolgens op de stip omdat Emre Can de bal met zijn elleboog had beroerd.

Fabio Quagliarella ging achter de bal staan en verschalkte Mattia Perin; de spits maakte voor de negende wedstrijd achter elkaar een doelpunt in de Serie A. Sampdoria kreeg hierna enkele mogelijkheden, terwijl Dybala en Mario Mandzukic namens de thuisploeg voor dreiging zorgden. Na de pauze ging Juventus op zoek naar een nieuwe voorsprong. Blaise Matuidi kreeg twee kansen, terwijl Ronaldo de lat raakte en een schot geblokt zag worden door Omar Colley.

Na ruim een uur voetballen kreeg ook Juventus na een handsbal een strafschop en die werd benut door Ronaldo. De 33-jarige linksbuiten maakte zijn veertiende competitiedoelpunt van het seizoen. Onder anderen Dybala kreeg hierna nog een mogelijkheid om te scoren, maar er zouden geen treffers meer vallen in het Allianz Stadium. Juventus staat dus fier eerste, terwijl Samp de vijfde plaats in de Serie A zaterdagavond kan kwijtraken.