Juventus heeft de voorsprong op Napoli vergroot naar elf punten. De lijstaanvoerder van de Serie A leek zondag punten te verspelen tegen Lazio, maar in de laatste zestien minuten draaide men een achterstand volledig om: 1-2. Juventus is zodoende na 21 speelronden nog altijd ongeslagen en Lazio staat op de achtste plaats.
Het was veelzeggend dat Juventus voor het eerst sinds 2004/05 (daarvoor werden dergelijke statistieken niet bijgehouden) geen doelpoging wist te lossen in de eerste helft van een wedstrijd in de Serie A. Het team van trainer Massimiliano Allegri had zijn handen vol aan Lazio en in de beginfase kreeg de thuisploeg uit Rome al de nodige kansen. Daniele Rugani stopte Joaquin Correa af, Wallace kreeg een kopkans en doelman Wojciech Szczesny had reddingen in huis op pogingen van Luis Alberto en Marco Parolo.
In de slotfase van de eerste helft leek Lazio op voorsprong te komen toen Ciro Immobile de bal over Sczesny wipte, maar Rugani haalde de bal voor de lijn weg. Een tegenvaller voor Juventus vormde het uitvallen van Leonardo Bonucci; de verdediger had last van zijn enkel en werd vervangen door Giorgio Chiellini. In de tweede helft kregen beide partijen al gauw een kans: Cristiano Ronaldo kon een voorzet van Douglas Costa niet afronden en Luis Alberto mikte vervolgens naast. Na een klein uur voetballen kwam Lazio op voorsprong: Emre Can kopte de bal na een hoekschop van Luis Alberto per ongeluk in zijn eigen doel.
Immobile had er hierna 2-0 van moeten maken, maar de spits mikte over. Vervolgens lieten ook Luis Alberto en Sergej Milinkovic-Savic mogelijkheden liggen. Die missers kwamen Lazio duur te staan, want Juventus draaide de score in het laatste kwartier volledig om. João Cancelo schoof overhoeks de 1-1 tegen de touwen en in de 88e minuut benutte Ronaldo een strafschop na een overtreding van Senad Lulic. Juventus heeft dit seizoen in al zijn 29 wedstrijden gescoord; de beste serie van de club uit Turijn sinds 1957/58 (ook toen 29 duels).