Edson Álvarez werd als opvolger van Matthijs de Ligt en daarom als verdediger gescout door Ajax. Kort na zijn binnenkomst bij de club uit Amsterdam zei de Mexicaans international zich meer middenvelder dan verdediger te voelen en zich op die positie te richten, maar inmiddels is hij daarvan teruggekomen.
"Ajax heeft met Lisandro Martinez, Donny van de Beek, Hakim Ziyech en soms Quincy Promes zo'n sterk middenveld dat ik een plaats in de defensie moet zien te vinden", vertelt Álvarez dinsdag in gesprek met De Telegraaf. "Een rol als centrale verdediger past me nu ook het best, denk ik." Álvarez wil de fans van Ajax meer laten zien. "In het begin had ik logische aanpassingsproblemen, maar inmiddels ben ik gesetteld, gewend aan het Nederlandse voetbal en klaar om de nieuwe Edson Álvarez te tonen."
"Een speler met vertrouwen, passie, verdedigende en voetballende kwaliteiten", somt Álvarez op. "De wedstrijden die ik speelde, was ik misschien wat te verlegen. Dat zit niet in mijn karakter, maar gebeurt soms nu eenmaal als je ergens nieuw bent. Ik sprak nog niet heel goed Engels, maar ik heb dat geleerd. De mensen kunnen erop vertrouwen dat ik álles doe om bij deze mooie club te slagen."
Álvarez heeft er begrip voor dat hij nog geen vaste basisspeler is. "Ik wist dat ik naar een grote club ging en met zulke goede spelers voor je in het team is het niet moeilijk om geduld te hebben. Mijn niveau moet nog verder omhoog, maar de aanpassing gaat goed. Ik praat veel met de trainer over mijn verbeterpunten. Het voetbal hier is zó veel sneller dan in Mexico", stelt de Mexicaan, die ook aangeeft dat hij op jonge leeftijd qua leven en voetbal 'in een compleet andere wereld' is terechtgekomen.
Hoewel het aantal speelminuten bij Ajax misschien nog wat tegenvalt, is Álvarez in zijn element. Hij vindt het leven in Nederland goed en houdt van Amsterdam en de mensen. "Alleen het weer Brrrr. En het ergste moet nog komen, begrijp ik van André Onana. Hij vertelde me dat hij op een ochtend naar buiten keek, hij sneeuw zag en weer naar bed ging, omdat hij dacht dat trainen met dat weer onmogelijk was. Totdat hij door de trainer werd gebeld waar hij bleef."