Het landskampioenschap in de Serie A lijkt Juventus nauwelijks meer te kunnen ontgaan. Titelconcurrent Napoli kwam zondagmiddag niet verder dan een doelpuntloos gelijkspel op bezoek AC Milan, waardoor Juventus later op de dag bij een zege op Sampdoria een gat van zes punten kan slaan met i Partenopei.
De toeschouwers in San Siro kregen een vermakelijke eerste helft voorgeschoteld. Milan weigerde zich voor eigen publiek te verschuilen en dook ook al vroeg in de wedstrijd diverse keren gevaarlijk op voor het doel van de bezoekers. Een poging van Giacomo Bonaventura na vier minuten spelen werd uit de benedenhoek gehaald door José Manuel Reina, terwijl een kopbal van Nikola Kalinic na een voorzet van Suso rakelings naast zeilde.
Napoli kreeg na een afwachtende openingsfase wat meer grip op de wedstrijd. Dries Mertens dwong Gianluigi Donnarumma na een kwartier voetballen tot een redding, terwijl een poging van José María Callejón richting miste. Milan dacht op slag van rust op voorsprong te komen nadat Mateo Musacchio de bal uit een hoekschop achter Reina had gewerkt, maar de verdediger werd terugfloten vanwege buitenspel.
Napoli kwam niet tot winst in zijn laatste twee uitwedstrijden en moest het tempo na de onderbreking dus opvoeren teneinde nieuw puntverlies af te wenden. Mertens kon het verschil niet maken, hetgeen Maurizio Sarri er twintig minuten voor tijd toe deed besluiten de Belg naar de kant te halen ten faveure van Arek Milik. Napoli slaagde er echter niet meer in een doelpunt te forceren, mede doordat Donnarumma in de blessuretijd nog een briljante redding in huis had.