Het is donderdag exact 22 jaar geleden dat Ajax de finale van de Champions League na strafschoppen verloor van Juventus. De nederlaag in de eindstrijd van het miljardenbal doet Edwin van der Sar nog altijd pijn, zo vertelt hij op de website van de Amsterdammers. De oud-doelman stelt dat de wedstrijd hem bij is gebleven.
"Gelukkig heb ik in mijn leven meer gewonnen dan verloren maar de verliespartijen staan me ook nog wel bij. Dan bedoel ik niet een Vitesse - Ajax in 1996, maar wel de halve finales of finales Champions League. Wedstrijden die duidelijker aan je hart liggen en waarbij het 'wat als' veel meer speelt dan een nederlaag in de nationale competitie", zegt Van der Sar. "Uiteindelijk is het alweer 22 jaar geleden, maar het doet nog altijd pijn."
"Je ziet de tegenstander de cup pakken die jij het jaar ervoor hebt gewonnen. Misschien doet het daarom nog wel meer zeer. Je wilt een dynastie neerzetten, zoals Ajax in de jaren 70 heeft gedaan. Dat wil je evenaren. Nu heb je weer een finale gespeeld, maar niemand weet dat meer", vervolgt de huidig algemeen directeur van Ajax. De Amsterdammers hadden in 1995 de Champions League gewonnen, maar bleven een jaar later in de finale steken op een 1-1 gelijkspel tegen Juventus. De Italianen trokken na het nemen van strafschoppen aan het langste eind.
"De enige tweede plaats die men zich nog herinnert was die van Oranje tijdens het WK 1974. Wie tweede werd in de Champions League van 1996 of 2007; niemand weet dat", stelt Van der Sar. "Iedereen was gebroken. Je perst alles eruit, dan kom je nog tot verlenging en tot penalty's. Dan is het zuur dat je daardoor niet wint. Want je weet hoe mooi het een jaar eerder was. Door de grachten van Amsterdam. Niet het besef dat je dat grachtentochtje misloopt doet veel pijn, maar meer dat je de euforie, het genot en het respect nu niet zal ervaren."