AC Milan dankt aartsrivaal en is hard op weg naar Europees voetbal
AC Milan - Livorno 3-0
Milan had aan een paar effectieve minuten voor en na de pauze genoeg om laagvlieger Livorno van zich af te schudden. Mario Balotelli zorgde in de 43e minuut koppend voor de openingstreffer na een voorzet van Kévin Constant, terwijl Adel Taarabt vijf minuten na rust combineerde met Balotelli en na enkele handige voetbewegingen de 2-0 voor zijn rekening nam. Nigel de Jong, door Seedorf in de basis gezet, werd na ruim een uur vervangen door Sulley Muntari. In de slotfase stelde de man van de wedstrijd, Balotelli, ploeggenoot Giampaolo Pazzini nog in staat om de 3-0 te scoren. Door de drie punten komt Milan op gelijke hoogte met Parma, dat verloor van Inter.
Parma - Internazionale 0-2
Dat het bij rust nog 0-0 stond in Stadio Ennio Tardini, mag gerust een klein wonder genoemd worden. Antonio Cassano was uitstekend op dreef bij de thuisploeg, maar moest verschillende malen zijn meerdere erkennen in Inter-keeper Samir Handanovic; zo ook op slag van rust, toen de Italiaans international vanaf elf meter mocht aanleggen. Aan de andere kant lieten Mauro Icardi, Rodrigo Palacio en Esteban Cambiasso na om de gasten op voorsprong te zetten. Na de onderbreking gebeurde dat wél: nadat Parma-verdediger Gabriel Paletta al na een minuut met zijn tweede gele kaart werd weggestuurd, kopte Rolando op aangeven van Hernanes raak, 0-1. Het elftal uit Milaan hield vervolgens met een man meer stand en kwam kort voor tijd nog op 0-2 via Fredy Guarín.
Udinese - Napoli 1-1
Het in niemandsland verkerende Napoli (AS Roma ligt in de rangschikking ver voor en Fiorentina ligt ver achter) speelde zaterdag de lastige uitwedstrijd tegen Udinese. De eerste kans was voor Emmanuel Agyemang-Badu van Udinese, maar Napoli-keeper José Manuel Reina bracht redding. Diezelfde Badu kreeg daarna opnieuw een dot van een kans, even nadat Marek Hamsík voor het eerste gevaar van Napoli tekende. Vlak voor rust zette José María Callejón de bezoekers met een fraaie volley op voorsprong. Na rust waren de eerste kansen voor Napoli (Lorenzo Insigne en Duván Zapata), maar het was Udinese dat via Bruno Fernandes op gelijke hoogte kwam. Beide partijen kregen kansen op de winnende treffer, maar die zou niet meer vallen. In de absolute slotfase kreeg Federico Fernández (Napoli) nog zijn tweede gele kaart en dus rood.
