Barcelona laat dure punten liggen door individuele fouten
Barcelona werkte in het Ramón Sánchez Pizjuan mogelijk de beste eerste helft van het seizoen af. De ploeg van Luis Enrique had circa 75 procent balbezit, maakte twee doelpunten en vergat alleen de wedstrijd in het slot te gooien. Na veertien minuten spelen was het al raak. Neymar gaf de bal aan Messi, die de bal voor zijn goede voet legde en het leer in de linkerhoek achter Sergio Rico krulde: 0-1. Barcelona bleef het duel controleren en gaf Sevilla niet de kans om terug in de wedstrijd te komen. Na een half uur spelen verdubbelde Neymar de voordelige marge. De plek van de vrije trap was perfect voor de Braziliaan, die het leer heerlijk in de bovenhoek krulde.
Luis Suárez liet één minuut later een goede kans op de 0-3 onbenut: een belangrijk moment. Luttele minuten later was een schot van Ever Banega vanaf twintig meter namelijk goed voor de 1-2, al mocht Claudio Bravo zich de tegentreffer aanrekenen. Banega had een minuut later zelfs voor de 2-2 kunnen zorgen. Sevilla rook bloed en zette aan voor een offensief tot aan de rust. Gerard Piqué haalde vervolgens bijna uit de doelmond een kopbal van Grzegorz Krychowiak weg. Zodoende zocht Barcelona na het rustsignaal met gemengde gevoelens de kleedkamer op.
Na de onderbreking liet Sevilla zich meer gelden, al kwam de ploeg van Unai Emery goed weg toen Suárez ook niet uit een rebound voor een leeg doel kon scoren. Luis Enrique greep twintig minuten voor tijd in en verving Neymar door Xavi, in de hoop meer grip op het middenveld te krijgen. De wissel van Sevilla, Kevin Gameiro voor Carlos Bacca, was echter doorslaggevend. Gerard Piqué ging in de fout, waarna Gameiro het voorbereidende werk van Aleix Vidal simpel kon afronden: 2-2. De Fransman is met zes doelpunten de meest scorende invaller van het huidige Primera División-seizoen.
