Juventus krabbelt op na krankzinnige slotfase in Milaan
Inter en Juventus hielden elkaar in de openingsfase in evenwicht, maar na dertien minuten spelen namen de bezoekers de leiding. Een pass van Juan Cuadrado vanaf de rechterkant ging over Blaise Matuidi heen, maar belandde voor de voeten van Douglas Costa. Met een diagonale inzet tekende de Braziliaan voor de 0-1. Hij stond niet buitenspel, daar na het inschakelen van de video-arbiter bleek dat Matuidi de bal niet schampte.
De video-arbiter speelde een hoofdrol in de eerste 45 minuten. De scheidsrechter deelde Matias Vecino aanvankelijk een gele kaart uit voor een overtreding op Mario Mandzukic, maar na het zien van de beelden trok hij toch een rode prent. Het was vervolgens aan Gianluigi Buffon te danken dat een ziedend schot van Antonio Candreva niet het Doelpunt van het Seizoen werd. Op slag van rust dacht Juventus via Matuidi op 0-2 te komen, maar de video-arbiter wees uit dat de middenvelder fors buitenspel stond.
Inter maakte na rust een veel betere indruk en slaagde er op basis van strijd en kwaliteit in om voor de ommekeer te zorgen. Na een vrije trap van Joao Cancelo kopte Mauro Icardi de bal in de 52e minuut langs Buffon: 1-1. Dat betekende op dat moment dat liefst vier van de laatste zes tegentreffers van de titelverdediger in de Serie A uit een doodspelmoment waren voortgekomen. In de 63e minuut leek Gonzalo Higuain voor de 1-2 te zorgen, maar hij miste na Samir Handanovic te hebben omspeeld. Twee minuten later sloeg Inter toe: na een voorzet van Ivan Perisic werkte Andrea Barzagli de bal in zijn eigen doel.
Daar leek Juventus niet van terug te hebben, maar niets was minder waar. Een schot van Cuadrado werd in de 87e minuut door Milan Skriniar fors van richting veranderd, waardoor Handanovic kansloos was. Twee minuten later was het opnieuw raak. Na heerlijk voorbereidend werk van Dybala kopte Higuain zijn eerste doelpunt in bijna een maand tijd binnen. Dat was tevens het laatste wapenfeit.
