Oranje toont na stroeve start karakter in burenruzie met België
Koeman voerde ten opzichte van het Nations League-duel van afgelopen weekeinde met Duitsland (3-0 zege) de nodige wijzigingen door in zijn basiself. Zo werden Frenkie de Jong, Marten de Roon en Georginio Wijnaldum op het middenveld vervangen door Daley Blind, Kevin Strootman en Donny van de Beek en vormde Stefan de Vrij bij afwezigheid van aanvoerder Virgil van Dijk samen met Matthijs de Ligt het hart van de Oranje-defensie. De vele wisselingen pakten aanvankelijk niet goed uit. Het elftal van Koeman werd overlopen in de openingsfase en kwam al na vijf minuten op achterstand. Eden Hazard bracht de bal vanaf de rechterflank in het strafschopgebied van Oranje, waarna Mertens met een schitterende uithaal doel trof: 1-0.
Oranje bleef het daarna lastig hebben, maar deed na een klein halfuur voetballen vrijwel uit het niets wat terug. Timothy Castagne leverde de bal op zeer knullige wijze in bij Van de Beek, waarna het leder via Quincy Promes bij Memphis Depay terecht kwam. De spits van Olympique Lyon behield het overzicht en stelde Groeneveld uiteindelijk in staat de gelijkmaker aan te tekenen. Het doelpunt van de basisdebutant zorgde voor een ommekeer in de wedstrijd. Promes had Nederland kort erna aan de leiding kunnen brengen, maar zijn afstandsschot trof de paal. Aan de overzijde liet Eden Hazard op slag van rust nog een goede mogelijkheid onbenut.
Oranje begon met twee nieuwe namen aan de tweede helft: De Ligt en Denzel Dumfries waren in de kleedkamer achtergebleven ten faveure van Pablo Rosario, die debuteerde, en Hans Hateboer. Bij België was onder anderen uitblinker Eden Hazard na 45 minuten gewisseld. De formatie van bondscoach Roberto Martínez kwam sterker dan Oranje uit de kleedkamer en creëerde al vroeg in de tweede helft drie goede mogelijkheden. Michy Batshuayi schoot na slordig balverlies van Rosario rakelings naast, een gevaarlijk poging van Youri Tielemans werd tot hoekschop verwerkt door Van de Beek en opnieuw Batshuayi dwong Jasper Cillessen tot een redding met een kopbal.
Nederland stelde daar aanvankelijk bijzonder weinig tegenover. Het elftal van Koeman, die in de tweede helft ook nog Tonny Vilhena, Patrick van Aanholt, Steven Bergwijn en Luuk de Jong als invallers binnen de lijnen bracht, beperkte zich na de onderbreking lang tot verdedigen en kwam er nog maar sporadisch gevaarlijk uit. In de slotfase zette Oranje echter toch nog aan voor een offensief. Dat leverde uitstekende kansen op voor Nathan Aké en Rosario, maar een winnende treffer was de ploeg uiteindelijk niet meer gegeven. In de slotfase redde Cillessen nog op een intikker van Batshuayi, waardoor het duel geen winnaar opleverde.
