Real Madrid scoort vijf keer en evenaart eigen record
Ronaldo opende na zeven minuten de score in het Santiago Bernabéu. Ronaldo kon de bal eenvoudig binnenlopen na een pass van Gareth Bale en maakte zijn 261e doelpunt in de hoogste afdeling van Spanje sinds het seizoen 2009/10. Lionel Messi maakte er sindsdien 260. Het was overigens ook de 23e assist van Bale voor Ronaldo; enkel Karim Benzema (34) en Mesut Özil (27) bereidden vaker een treffer van CR7 voor. Real zat door de vroege voorsprong op rozen en liet het balbezit aan de tegenstander, maar die deed daar aanvankelijk niet veel mee. Unai García had Osasuna daarna echter zomaar op gelijke hoogte kunnen brengen.
De centrale verdediger kopte de bal na een voorzet van Oier tegen de lat en die misser kwam het bezoek uit Pamplona duur te staan, want Danilo drukte na veertig minuten af met een afvallende bal. Daarmee was de koek nog niet op voor Real, want in de blessuretijd van de eerste helft kopte Sergio Ramos raak uit een hoekschop van Toni Kroos: 3-0. Daarmee was de wedstrijd wel gespeeld. Real haalde de voet echter niet van het gaspedaal, want men scoorde in het tweede bedrijf dus nog tweemaal.
Pepe kopte raak uit een hoekschop en Modric maakte er na een mooie aanval 5-0 van. Oriol Riera redde vervolgens met een kopbal de eer voor Osasuna en hij had na 72 minuten zijn tweede kunnen maken, ware het niet dat zijn strafschop werd gekeerd door Kiko Casilla. David García maakte na 78 minuten echter alsnog de tweede treffer voor Osasuna. De fans van de thuisploeg lieten hun onvrede middels een voorzichtig fluitconcert blijken, maar de zege kwam logischerwijs niet meer in gevaar. Osasuna eindigde het duel door een tweede gele kaart voor Tano nog wel met tien man.
