Ronald de Boer wil geen gebeten hond zijn: 'Eigenlijk is dat wel jammer'
Het veranderde medialandschap zorgt ervoor dat analytici steeds meer op hun hoede zijn voor wat ze in een uitzending zeggen. "Soms lijkt het wel of mensen handenwrijvend voor de televisie zitten als iemand een uitglijder maakt", erkent Jan van Halst, analyticus voor Ziggo Sport, dinsdag in het Algemeen Dagblad. "Mensen zitten te wachten totdat ze iemand kunnen stenigen. Dat is deze maatschappij, waarin iedereen zijn gal kan spuwen op sociale media."
Van Halst denkt tegenwoordig meer dan over de woordkeuze die hij gebruikt, maar niet vakinhoudelijk. "Vooral omdat op internet elk woordje er negatief uitgepikt kan worden. Voorbeeld: ik gebruikte voorheen vaak het woord 'drama' als spreektaal. Dat ik die en die speler een drama vond. Daar ben ik mee gestopt, omdat het vaak onnodig negatieve reacties opleverde.''
Ronald de Boer erkent dat de wereld op dat gebied is veranderd. "Je hoofd ligt sneller op het hakblok", stelt de FOX Sports-analyticus en dus collega van Van Basten in gesprek met het dagblad. "Dus denk ik beter na over wat ik op televisie zeg en wat ik bijvoorbeeld op Twitter zet. Eigenlijk is dat wel jammer, want spontaniteit is juist een groot goed voor een analyticus."
De opmerking van Van Basten was niet voor de uitzending bedoeld. Een technische fout, zo bleek achteraf. Analytici doden de tijd met onder meer opmerkingen, zo geeft Van Halst aan. "Ook daar ga ik bewuster mee om, maar zo gaat het toch: tijdens het wachten wordt de tijd een beetje gedood." De Boer vindt dat juist die kleedkamerhumor nooit moet verdwijnen. "Normen en waarden staan altijd bovenaan, maar dat betekent niet dat je geen grappen meer kunt maken."