Ronaldo, Messi en Neuer kanshebbers op Ballon d'Or
Ronaldo en Messi worden gezien als de beste spelers ter wereld, maar er gaan stemmen op om dit jaar een Duitser de prijs toe te kennen. De nationale ploeg van Duitsland werd wereldkampioen en Bayern München was ongenaakbaar in de Bundesliga. Omdat Mario Götze, Thomas Müller, Phillipp Lahm, Bastian Schweinsteiger en Toni Kroos zijn afgevallen, zal het Neuer moeten worden. Mocht de sluitpost de prijs op 12 januari in ontvangst nemen, dan zal hij de tweede keeper ooit worden die dat lukt. In 1963 kreeg Lev Yashin, volgens velen de beste doelman ooit, de prijs. In 2006 werd Gianluigi Buffon tweede in de verkiezing.
Neuer zelf achtte zich in een eerder stadium niet bijzonder kansrijk. "Ik ben maar een keeper. Ik ben geen ambassadeur van een merk of een model in een ondergoedcampagne", doelde hij met een knipoog op Ronaldo. De Portugees maakte vorig seizoen 31 competitietreffers en dit voetbaljaar staat hij alweer op 20. Daarnaast staat hij dit seizoen op zeventien goals in de Champions League, het toernooi dat hij won met Real Madrid. Wat niet in het voordeel van Ronaldo spreekt, was het WK: hij maakte geen bijzondere indruk met de nationale ploeg van Portugal.
Messi bereikte de finale van het WK en tot verrassing van velen werd hij verkozen tot Speler van het Toernooi. Voor Messi-begrippen heeft hij een minder jaar achter de rug, maar de dribbelaar laat nog altijd zien over een ongelooflijke dosis talent te beschikken. Ronaldo en Messi hebben de verkiezing de voorbije jaren gedomineerd. Ronaldo mocht de prijs in 2008 en 2013 ophalen, Messi werd in 2009, 2010, 2011 en 2012 verkozen tot de beste. De prijs is in totaal zeven keer gewonnen door een Nederlander: Johan Cruijff en Marco van Basten werden drie keer verkozen, Ruud Gullit won een keer.
Coaches
De wereldvoetbalbond FIFA heeft tevens de drie genomineerde coaches bekendgemaakt: Carlo Ancelotti, Joachim Löw en Diego Simeone. De drie oefenmeesters vierden grote successen. Ancelotti won de Champions League met Real Madrid, Löw werd wereldkampioen met de nationale ploeg van Duitsland en Simeone deed met Atlético Madrid het ondenkbare door Barcelona en Real Madrid te verslaan in de strijd om de Spaanse landstitel.
