Siem de Jong keerde met hoge verwachtingen terug bij Ajax, maar werd geen onbetwiste basisspeler. Sinds donderdag is hij tijdelijk speler van Sydney FC en daarmee is de middenvelder zijn tweede buitenlandse avontuur aangegaan. De Jong vindt het jammer dat hij bij Ajax weinig heeft laten zien.
"Het was de bedoeling om basisspeler te worden. Ik kende de technische staf grotendeels en de nieuwe hoofdtrainer Marcel Keizer gaf me ook wel kansen", vertelt de 29-jarige De Jong in een interview met de Volkskrant. "Speel je een serie wedstrijden, dan kom je beter in vorm en zit je ook beter in je vel. In de wedstrijden die ik speelde, heb ik te weinig laten zien. En dan staat er een ander."
De Jong werd opgeleid door De Graafschap en maakte op jonge leeftijd de overstap naar Ajax. In Amsterdam brak hij door en groeide hij uit tot aanvoerder. Onder Frank de Boer won hij tussen 2011 en 2014 vier landstitels op rij. Hij vertrok uiteindelijk naar Newcastle United, maar mede door blessureleed kwam hij daar niet uit de verf. In het seizoen 2016/17 werd hij uitgeleend aan PSV en vorig jaar keerde hij definitief terug naar Ajax. In de Johan Cruijff ArenA loopt zijn contract nog twee jaar door.
Volgens De Jong heeft Ajax nu mogelijk meer 'individuele kwaliteit' dan in zijn vorige periode in Amsterdam: "Het zou moeilijk worden om me daartussen te spelen. Hoewel ik de overtuiging heb nog steeds zo goed te kunnen zijn als in mijn eerste Ajax-periode." Het was voor De Jong sowieso geen optie om nog een jaar op de bank te zitten en daarom heeft hij ervoor gekozen om zich te laten uitlenen aan Sydney.