AC Milan heeft ook de tweede groepswedstrijd van de Europa League in winst omgezet. Twee weken na de 0-1 overwinning op F91 Dudelange zegevierde het team van trainer Gennaro Gattuso in Groep F over Olympiacos, dat met een voorsprong de rust was ingegaan en door de nederlaag op een punt blijft staan: 3-1. Patrick Cutrone vertolkte een heldenrol door als invaller twee doelpunten voor zijn rekening te nemen. In de andere groepswedstrijd won Real Betis met 3-0 van Dudelange; de Spanjaarden hebben nu vier punten.

Milan startte goed aan de wedstrijd in het San Siro en dacht na zes minuten aan de leiding te gaan, toen een kopbal van Jack Bonaventura uit een pass van Suso in de onderhoek leek te belanden. Samu Castillejo stond echter buitenspel toen hij de bal op het allerlaatste moment nog aanraakte. De openingstreffer van Olympiacos viel uit het niets. Leonardo Koutris zette voor vanaf links, waarna Miguel Angel Guerrero voor Cristian Zapata kwam en José Manuel Reina met een kopbal in de verre hoek verschalkte: 0-1.

Het zelfvertrouwen van Olympiacos groeide. Een krachtige inzet van Nahuel ging naast en hij liet ook na om te scoren toen Reina te laat uit zijn doel kwam. Vanuit een lastige hoek kreeg hij de bal niet in het lege doel. Gonzalo Higuain was de enige die in de eerste 45 minuten namens Milan voor gevaar kon zorgen. De aanvaller schoot de bal na een vrije trap over het doel van Jose Sa, die naderhand ook met zijn knie een nieuwe poging onschadelijk maakte.

Milan begon furieus aan de tweede helft, maar stelde Jose Sa amper op proef en moest tegelijkertijd rekening houden met de tegenaanvallen van Olympiacos. Twintig minuten voor tijd viel de gelijkmaker alsnog. Na een heerlijke voorzet vanaf de linkerkant van Ricardo Rodriguez kopte de in de 54e minuut voor Castillejo ingevallen Cutrone de bal in de bovenhoek: 1-1. Zes minuten later schoot Higuain de 2-1 binnen, op aangeven van invaller Hakan Calhanoglu, en opnieuw Cutrone bepaalde de eindstand, ook na voorbereidend werk van Calhanoglu.