''Het is stil. Oorverdovend stil. De wedstrijd, de wereld, het leven. Op pauze. Nouri ligt op de grond. Nouri hoort niet op de grond te liggen. Nouri hoort te dansen, te fladderen, te toveren. Nouri hoort schijnbewegingen te maken, maar hij maakt ze niet. Zijn hart maakt een schijnbeweging. En nu ligt hij, terwijl Nouri hoort te dansen.''
''Je kwam hier binnen als zevenjarige. Wilde krullen, brutale ogen, bescheiden woorden. We zagen je uitblinken, we zagen je genieten. We zagen je een onuitwisbare indruk maken. Je zag dingen die niemand zag, deed dingen die niemand bedacht. Je ontwapenende lach, je eindeloze talent en je inspirerende geduld. Jij Abdelhak, jij bent Ajax. Jij bent clubliefde. Jij bent Amsterdam. Jij bent Ajax.''