Feyenoord besloot zijn Champions League-campagne woensdagavond met een minimale overwinning (2-1) op Napoli. De Rotterdammers trokken het duel in blessuretijd naar zich toe dankzij een doelpunt van Jeremiah St. Juste en kwamen zo eindelijk van de hatelijke nul af in groep F. Jens Toornstra heeft ondanks de betrekkelijk kansloze uitschakeling genoten van zijn vuurdoop in het miljardenbal.
De middenvelder maakte dit seizoen voor het eerst in zijn loopbaan zijn opwachting op het hoogste Europese podium. "Deze avond tegen Napoli was wel het hoogtepunt van ons Champions League-avontuur, maar vooral door het resultaat", vertelt hij in gesprek met ELF Voetbal. "Je wil niet de boeken ingaan als de slechtste Nederlandse club ooit in de groepsfase van de Champions League. Dat hebben we gelukkig kunnen afwenden. We hebben ons gezicht en dat van Nederland een klein beetje kunnen redden."
Toornstra kwam in de groepsfase uiteindelijk tot vijf optredens, waarvan drie als basisspeler. Zijn sterkste tegenstander was naar eigen zeggen Kevin De Bruyne. "Echt een wereldspeler", zegt hij over de Belgische middenvelder van Manchester City. "Hij denkt en handelt zo snel. Het lijkt of hij altijd vrij staat. Hij kan vanuit alle hoeken teamgenoten alleen voor de keeper zetten. Tijdens de wedstrijd ga je niet verwonderd naar hem kijken, maar na afloop denk je wel: wat een geweldige speler is hij toch. Het is ook wel bijzonder om tegen zo'n speler te spelen. Ik heb ook nog een shirtje geruild met hem."