Ajax maakt een bijzonder moeizaam seizoen door. Afgelopen zomer werd de ploeg van toenmalig trainer Marcel Keizer uitgeschakeld voor Europees voetbal, waarna uitschakeling in het bekertoernooi volgde tegen FC Twente, met het ontslag van Keizer als gevolg. De achterstand op koploper PSV bedraagt zeven punten en in Amsterdam lijkt de hoop op het kampioenschap zo goed als verdwenen. Donny van de Beek snapt de frustraties bij het Ajax-publiek en zegt in zijn maag te hebben gezeten met het ontslag van Keizer.
In een interview met Ajax Life zegt Van de Beek de emoties van de supporters te begrijpen. Volgens hem is het van belang om minimaal op de tweede plaats te eindigen. Om dat te bewerkstelligen mag het volgens de talentvolle Ajacied soms wel wat mondiger. "Misschien komt dat omdat we niet veel oudere spelers hebben en het dan moet komen vanuit jongere spelers. Misschien dat het voor sommigen tegen hun natuur ingaat, maar eigenlijk moet iedereen elkaar kunnen corrigeren, prikkelen en op de kloten geven", vertelt Van de Beek. "Het gaat om de inhoud van de geleverde kritiek. Als je in je recht staat, maakt leeftijd niet uit. Praten, coachen en zo dat gevoel creëren. Soms zijn we te lief voor elkaar."
Van de Beek was, op het duel met FC Utrecht na, een vaste basisspeler onder Keizer. De middenvelder erkent dan ook prettig te hebben samengewerkt met de inmiddels ontslagen trainer. "Ja. Ik had goed met hem gewerkt bij Jong Ajax en dit seizoen maak je een emotionele periode door. Dingen lopen zoals ze lopen. Als de clubleiding er anders over denkt, hebben wij als spelersgroep niets te zeggen. Ik vond het sneu. Niet alleen voor Marcel Keizer, maar ook voor Dennis Bergkamp. Als ik voor mezelf spreek, had ik het daar wel even moeilijk mee."